In september vorig jaar mocht ik tijdens de allereerste aflevering van De tafel van vier, de talkshow van Gert Verhulst, aanschuiven aan de tafel in kwestie. Wie niet toevallig op Mars was in die periode, herinnert zich er misschien nog iets van. De dagen erna ging het er in elke krant over: Verhulst was nogal lichtzinnig omgesprongen met het n-woord. De insteek van het gesprek was ‘woke’. Inderdaad, het maatschappelijke debat heeft significante stappen vooruitgezet sinds toen.
Na de uitzending kreeg ik een stortvloed aan reacties uit de meest uiteenlopende hoeken. De meeste mensen gaven aan hun hart vast te houden voor de bagger die ik over mij heen zou krijgen. Enigszins tot mijn verbazing was er van bagger zo goed als geen sprake. Eén trollenreactie kreeg ik, via Facebook Messenger. ‘Gatachterlijke zwakkeling! Bleiter eerste klas. Blijf met uw smoelwerk van tv, vuige rat!’ Insert schouderophalende emoji.
Dat ik niet bovenmatig verbaasd was om niet meer bagger over mij heen te krijgen, komt doordat het aantal haatberichten dat ik persoonlijk krijg toegestuurd altijd al heel beperkt is geweest. Hooguit één ander geval staat me nog concreet bij, vooral omdat ik er kostelijk om moest lachen. En dat terwijl ik toch al een jaar of zeven in min of meerdere mate actief ben op het publieke forum. ‘Blijf met je marxistische poten van onze westerse cultuur!’, schreef iemand als reactie op mijn allereerste opiniestuk in 2016. Dat was er een over Zwarte Piet, toch niet het minst polemische onderwerp.
Wat mijn tijd als deelnemer aan het maatschappelijke debat me al langer heeft doen inzien, is dat seksisme er een groter probleem is dan racisme. En dat een cocktail van die twee samen tot de goorste dingen kan leiden. Dat is geen revolutionair inzicht. In oktober 2022 publiceerden de Verenigde Naties nog een visietekst over online geweld tegen vrouwen en meisjes, waarin werd benadrukt dat er voor vrouwen in het publieke debat, voor vrouwelijke journalisten en mensenrechtenactivisten, en voor vrouwen op het kruispunt van verschillende identiteiten een sterk verhoogd risico is op online geweld.
Wat vrouwen online te verduren krijgen, is simpelweg van een totaal andere orde dan wat mannen te beurt valt. Als een vrouw zich uitspreekt over een heikel thema, dan vinden mannen (en andere vrouwen) met een tegengestelde overtuiging het kennelijk gerechtvaardigd om daar op een veel hardere manier tegen in te gaan dan als het een man was geweest. Er heeft nog nooit iemand gedreigd mij te verkrachten vanwege iets wat ik gezegd of geschreven heb, niemand heeft ooit aangegeven mijn familie of gezin iets te willen aandoen, niemand zweert mij te zullen mollen. Voor vrouwen in het publieke debat is dat wel even anders.
We zitten met een gigantisch misogynieprobleem, eeuwenoud en diep ingesleten, en we krijgen het niet opgelost. De roekeloze manier waarop onze media en politici omgaan met vrouwelijke publieke figuren versterkt die vrouwenhaat alleen maar. Ik schreef eerder al over de stap opzij van de voormalige Nieuw-Zeelandse premier Jacinda Ardern, wie de constante misogyne ontmenselijking te veel werd. Ook de Schotse Nicola Sturgeon besloot om die reden op te stappen. Er zijn honderden voorbeelden van vrouwen in de politiek, journalistiek of het activisme die op een gelijkaardige manier kapotgemaakt zijn.
Al te makkelijk wordt daarbij naar de sociale media gewezen. Dat de algoritmen daar berichten die boosheid en verontwaardiging opwekken meer belonen, waardoor ze een spiraal van haat faciliteren. Maar de algoritmen van de traditionele media en de politiek zijn even schadelijk. Kijk hoe de recentste hetze tegen Dalilla Hermans vorm kreeg, en je kunt niet anders dan cynisch en heel kwaad worden. Als je als mediabedrijf beslist om een vrouw tot inzet te maken van een politiek debat terwijl je wéét dat dat een storm van virulente haat en bedreigingen in gang zet, dan voed je bewust de misogyne onderbuik van de samenleving. Zeker als de machtigste politicus van het land in dat debat zo’n beetje mag zeggen wat hij wil. En als je als machtigste politicus van het land zo gretig een vrouw offert op het altaar van je antiwoke-kerk, dan ben je in het beste geval meedogenloos opportunistisch en in het slechtste geval mee schuldig.
Een van de talloze haatdragende berichten die Hermans kreeg toegestuurd, was een filmpje van een gekleurde man wiens tong uit zijn keel wordt gesneden. Een vrouw die te uitgesproken, te zichtbaar is of is geweest, wekt kennelijk wraakzuchtige emoties op. Dat moeten we als maatschappij dringend aanpakken. Maar als de media en de politiek die emoties rücksichtslos blijven exploiteren, is dat een verloren zaak.
Verschenen in De Standaard op 20 april 2023
Comments